Voedingsleer
Voedingsleer volgens de Natuurlijke Hygiëne
Introductie
De werking van onze spijsvertering wordt nog altijd slecht begrepen, ook door artsen en veel natuurgeneeskundigen. Tegelijkertijd wordt het belang van een goed functionerende spijsvertering ernstig onderschat. We stoppen onnadenkend en ondeskundig van alles in de mond, zodra er klachten en (chronische) ziekten ontstaan schuiven we de verantwoordelijkheid liefst af. Gedwee laten we dan een arts nog meer verstoringen van de spijsvertering in de mond stoppen of zelfs vitale organen eruit slopen. Twee wijsheden die WAAR zijn: 'wat de wortels zijn voor de plant, zijn de darmen voor de mens' en 'De dood huist in onze darmen'. De laatste lijkt een nogal negatieve benadering als je weet dat niet alleen de dood, maar ook het leven voortkomt uit juist een gezonde darmwerking. Energie of vermoeidheid, kracht of zwakte, vitaliteit of levensmoeheid, de darm zit er altijd tussen.
Wie darm zegt heeft het over de spijsvertering en de spijsvertering heeft te maken met het voedsel dat je eet. Het is zinloos om over de darmwerking te praten en niets te vertellen over voeding en vertering. En vice versa. Een slecht werkende darm betekent een slechte bevoorrading van de cellen met voedingsstoffen, een groot rendementverlies, een haard van vervuiling. Velen zien de darm slechts als een afvoerkanaal, terwijl het ook voor velen een permanente bron van intoxicatie is, die 90% van de intoxicatie van het lichaam voor haar rekening neemt. De vervuiling van de stofwisseling is een van de meest dramatische vormen van intoxicatie, hetgeen door slechts enkelen wordt erkend. Aldus, we gaan eerst leren over voeding!
Natuurlijke Hygiëne houdt rekening met de biologische cycli, die de fysiologische intensiteit van het lichaam en zijn organen volgens de tijd bepalen. Zo spreken wij van de drie voornaamste dagindelingen:
De drie periodes van het lichaam in één etmaal
- De eliminatiecyclus in de vroege ochtenduren tot de middag (04.00 tot 12.00 uur).
- De assimilatiecyclus vanaf de middag tot de avond (12.00 tot 20.00 uur).
- De ordeningscyclus (transformatie) tijdens de nacht (20.00 tot 04.00 uur).
1 is de eliminatie van voedselrestanten en lichamelijk afval.
2 betreft de vertering en opname van voeding.
3 betreft absorptie en gebruik van voeding.
Door het voedsel op de juiste manier te kiezen, wordt deze kringloop zo goed mogelijk gerespecteerd en wordt overbelasting vermeden.
Tijd tussen de maaltijden (mits correct gecombineerd)
Hoe vaak je mag eten hangt af van wat je eet en hoeveel je eet per maaltijd. Het is belangrijk dat je maag volledig geledigd en gereinigd is, voordat een nieuwe maaltijd (klein of groot) gebruikt wordt. Dit betekent dat wat je hebt gegeten bepaalt wanneer je opnieuw kan eten. Het is niet zo dat zodra je maag leeg is, je opnieuw moet eten. Wacht de echte honger af. Echte honger is geen onaangenaam gevoel, maar juist een plezierige sensatie. Al het andere dat je kan voelen zijn nerveuze maagsensaties. Deze worden vaan onderdrukt door de maag te vullen, en dat leid vaak tot indigestie. Het respecteren van de verteringstijden is van essentieel belang.
Fruit is licht verteerbaar en de voedingsstoffen worden snel opgenomen. Toch blijven, zelfs bij zacht fruit, de vezels (cellulose et cetera) soms een paar uur in de maag. Na het drinken van vers geperst vruchtensap zijn de vezels sneller uit de maag. Voor groenten geldt hetzelfde, het gehele proces van afbraak en opname duurt echter langer ten opzichte van fruit.
Zowel zetmeel als eitwit hebben veel tijd nodig om afgebroken te worden. Het verteringsproces houd je maag meerdere uren bezig. Bij eiwit speelt de hoeveelheid een grote rol. Grote eiwitporties kunnen er dubbel zo lang over doen. Vetrijke voeding blijft lang in de maag omdat vet langzaam verteert. Vet, vlees en kaas bijven zo'n acht uur in de maag. De verteringstijden zijn normale waarden bij een normaal werkende maag. Abnormale condities kunnen de tijden verlengen of verkorten.
- Wacht na 1 glas vers geperst vruchtensap 20-30 minuten.
- Wacht na fruit 30 minuten voordat je ander fruit eet.
- Wacht na een fruitmaaltijd 2-3 uur voordat je groente eet.
- Wacht na een rijpe banaan 45-60 minuten.
- Wacht na groente 2 uur.
- Wacht na een groente/zetmeel combinatie 3 uur.
- Wacht na een groente/eiwit combinatie 4 uur.
- Wacht na een groentesalada 4 uur.
- Wacht na een correct gecombineerde maaltijd zonder vet 4 uur.
- Wacht na een correct gecombineerde maaltijd met vet 6 uur.
- Wacht na een verkeerde voedselcombinatie 8-12 uur.
Voedselgroepen
Voedselgroep A
Fruit: Van alle voedselgroepen verruit het gemakkelijkst verteerbaar en beste energieleverancier. Rijk aan water, mineralen, vitaminen, fruitsuikers. Bevat 70 % water. Vergt wel zorgvuldige toepassing qua combinaties en tijd. Gezond fruit eten is niet eenvoudig. Men kan wel degelijk van fruit allen leven.
Voedselgroep B
Groenten: Verteerd in een neutraal milieu. Neem steeds een groentesap of salade voor de maaltijd.
Voedselgroep C
Zetmeel: Moet zeer goed gekauwd worden zodat het enzyme amalyse (ptyaline) uit het speeksel het zetmeel goed kan doordringen. Het enzym amalyse is basisch en wordt daardoor geneutraliseerd door een zuur, bijvoorbeeld azijn, maar ook citroensap, tomaten en komkommers kunnen het enzym vernietigen.
Voedselgroep D
Eiwitten: Zeer moeilijk verteerbaar . Eiwitten verteren in een zuur milieu (pepsine). In het algemeen moet men proberen zo weinig mogelijk aanvullende eiwitten te eten. Als je voldoende fruit en groente eet, krijg je al voldoende eiwitten binnen. Al wat we teveel eten wordt ofwel opgeslagen in het lichaam (schadelijk is voor de gezondheid), ofwel afgevoerd (kost veel energie). Het 'gegeven' dat dierlijke eiwitten hoogwaardiger zijn dan plantaardige eiwitten is volledig uit de lucht gegrepen. Ook voor spieropbouwende sporten heeft het lichaam geen behoefte aan aanvullende eiwitten. Kaas is van alle eiwitrijke producten het moeilijkst te verteren. Kaas dus liefst ‘s avonds eten zodat het een hele nacht de tijd heeft om te verteren. Maar liever afblijven.
Eet nooit vaker dan éénmaal per dag eiwitten, en steeds met veel groente. Vis en vlees eet je omdat je het lekker vind, niet vanwege de voedingswaarden.
Geen aanvullende eiwitten eten blijft het best.
Voedselcombinaties
Slechte voedselcombinaties reiken verder dan een slechte spijsvertering. Slechte voedselcombinaties hebben in de eerste plaats te maken met de spijsvertering en treffen daarom eerst de spijsverteringsorganen. Klachten zoals gistingen, rottingen, oprispingen, opgeblazen gevoel, maag- darm- pancreas- en leverproblemen hebben een sterke relatie met de voedselkeuze en de gekozen voedselcombinaties. Maar juist combineren kijkt naar de ziekten die vaak het gevolg zijn van bovenstaande klachten. Denk hierbij aan alcoholproblemen, diabetis, opvlammingen van allergie en reuma, zenuwpijn, zenuwzwakte, geheugenproblemen, spierziekten, hart0- en vaatziekten, hoofdpijn et cetera. Daarom zijn de principes van de juiste voedselcombinaties in iedere belang, van zeer groot en ernstig onderschat belang. Ze zijn niet bedoeld als exclusieve therapeutische instructies voor mensen met spijsverteringsproblemen, maar voor iedereen die zijn voeding en energievoorziening wil optimaliseren. Juiste voedselcombinaties staan in dienst van gezondheid en zijn gebaseerd op natuurlijke beginselen: het respecteren van de lichaamschemie ter voorkoming van diverse vormen van lichaamsvergiftiging.
Samenvatting voedselcombinatieregels
- Vruchten steeds afzonderlijk eten is echt het best. Vruchten worden onderverdeeld in zure, halfzure en zoete vruchten. Zure vruchten kunnen samen met halfzure. Halfzure vruchten kunnen samen met zoete vruchten. Zuur met zoet blijft een 'slechte' combinatie.
- Eet meloenen altijd als eerste en afzonderlijk, nooit met ander fruit of ander voedsel.
- Eet bananen noooit in combinatie met andere vruchten en zorg dat ze goed rijp zijn.
- Nooit meer dan één eierdooier per dag
- Zure vruchten met noten of olierijke zaden en pitjes is een 'goede' combinatie.
- Het sap van zure vruchten kan het tandglazuur aantasten. Dus liefst het sap ervan drinken en wel met een rietje.
- Gebruik bij salades geen dressings met azijn maar met eigeel.
- Sla en selder kunnen 'goed' gecombineerd worden met alle vruchten behalve meloenen.
- Avocado combineert het 'best' met zetmeelvrije groenten. De avocado combineert 'goed' met met zetmeel en met zuur en halfzuur fruit. Avocado combineert minder goed met met zoete vruchten en slecht met eiwitten.
- De tomaat is een zure vrucht en combineert op dezelfde manier als zure vruchten. Tomaat combineert 'goed' met zetmeelvrije groenten. Tomaten zijn een 'slechte' combinatie met met zetmeel of dierlijk eiwit. Tomaat combineert 'goed' met noten en avocado.
- Eiwitten met zetmeel vrije groente is een 'goede' combinatie'.
- Eet per (eiwit)maaltijd slechts één eiwitsoort. Een variatie van noten kan wel prima.
- Zetmeel kan gegeten worden met zetmeelvrije groenten.
- Eiwitten en zetmeel samen zijn een 'slechte' combinatie. Eiwitten combineren het beste met zetmeel vrije groenten en 'goed' met zure vruchten.
- Melkproducten combineren 'zwak' met alle andere voedingsproducten. Als melkproducten worden gebruikt, gebruik ze dan altijd afzonderlijk en rauw.
- Alle sappen of dranken die we als voeding beschouwen kunnen het best als maaltijd genomen worden. 'Eet' ze afzonderlijk, liever niet combineren.
- Water drinken kan tot 15-20 minuten vòòr een maaltijd of ruim na een maaltijd.
- Fruit en groenten nooit tezamen eten. Groenten en fruit hebben namelijk verschillende enzymen nodig voor hun vertering. Combineren belemmert de spijsvertering.
Let heel goed op wat je lichaam je te vertellen heeft en observeer je spijsvertering, vind uit welke combinaties voor jou het beste werken.
Wanneer en wat drinken
Drink steeds op een lege maag. Wanneer je drinkt tijdens het eten verdun je immers de verteringssappen, en dat bemoeilijkt de zo belangrijke vertering. Elke maaltijd moet liefst voor 70% bestaan uit voedsel dat voor 70% uit water bestaat (de mens bestaat ook voor zo'n 70% uit water), dus fruit of groenten. Hierdoor zal overigens de behoefte aan drinken vanzelf verminderen.
Water
Zonder koolzuur en bij voorkeur gedistilleerd of gevitaliseerd water. Kraanwater is nu eenmaal te sterk vervuild. Water drink je zodra er een dorstig gevoel ontstaat.
Groenten- en vruchtensappen
Drink uitsluitend vers geperste sappen en wel direct na het persen.
Kruidenthee
Alle soorten kruidenthee zijn geschikt, mits geheel natuurlijk.
Te vermijden voeding
Als iemand zijn leven lang vooral gekookt voedsel heeft gegeten, kunnen zijn darmen geen efficiënte werking hebben. Zelfs niet bij een ontlasting van 2-3 maal per dag. In plaats van de spieren en zenuwen van e cellen en de lagen van de darmwand te voeden, is gekookt voedsel juist de oorzaak van de hongersdood van de darmen. Een afgestorven darm mag dan wel fecale massa doorlaten, maar is niet in staat om de taak van het verterings- en voedingsproces op zich te nemen. De vezelstoffen die zo belangrijk zijn voor volledige vertering van het voedsel, zijn voor zowel de dunne als de dikke darm noodzakelijk. Dergelijke vezelstoffen behoren samengesteld te worden uit celstoffen van rauw voedsel. Als dee vezels door de darm reizen hebben ze hun natuurlijke magnetisme nog en zijn daardoor zeer behulpzaam voor de peristaltische beweging. Als voedsel is gekookt, dan is de vezel werkloos en passeert vrijwel nutteloos door het spijsverteringsysteem. De ervaring leert dat soms een slijm op de darmwand wordt achtergelaten, zoals stucwerk op een muur. Door de jaren heen kan er zich een dikke laag op de darmwand afzetten. Een laag die zich steeds verder verdikt totdat slechts een dunne doorgang in het midden resteert. Het kan zijn dat het slachtoffer zich hiervan niet bewust is, dan is hij tevreden met dagelijks en dat hij tevreden dagelijks één, twee of meerdere toiletbezoeken. Hij weet niet dat hij feitelijk chronisch geconstipeerd is, en dat hij zoveel ionverteerd voedsel doorlaat. Zijn ineenstorting is te voorspellen, en hij mag sterven in de overtuiging dat hij een 'normale' stoelgang had. Hij realiseert zich niet dat de grote factor van zijn overlijden eigenlijk chronische constipatie was.
Het is ondoenlijk een volledige overzicht te geven van voedingsmiddelen diie je niet meer zou moeten eten. Die lijst kan je zelf ook wel samenstellen op basis van deze Voedingsleer. Hou vooral de nadelen van zwavelrijke voeding (eiwitrijk), suiker, zetmeel en ALLE industrievoeding goed in gedachten. En zelfs het allerbeste voeding zoals deze leer verkondigd is niet volledig geschikt voor mensen waarvan de spijsvertering al te zeer is verzwakt, dat vergt maatwerk.
En zelfs het beste voedsel kan verloren gaan wanneer de omstandigehden voor de vertering niet gunstig zijn. We hebben bijvoorbeeld te maken met HOE we eten. Zijn we innerlijk rustig, gelukkig, tevreden, of juist opgejaagd? Kauwen we ons voedsel wel voldoende? Produceren onze speekselklieren voldoend speeksel als we zetmeel eten? Is het voedsel dat we eten te koud of te warm? Hoe is het bereid? Waaruit is de totale maaginhoud samengesteld? Had ik echte honger toen ik ging eten? Eet ik de juiste voeding, aangepast aan mijn spijsverteringsmogelijkheden? WANNEER eet ik? Was mijn maag volledig leeg?
Wat volgens de visie van de NH geen voeding is en daarom nooit gegeten zou moeten worden: (richtlijnen, géén wetten!)
Alcoholhoudende dranken, koolzuurhoudende dranken, koffie, zwarte thee, groene thee, chocolademelk, Commercieel ijs, alle cacaoproducten, suiker, alle suikerhoudende producten, alternatieve suikerproducten, zout, confituur en gekookte en gesuikerde vruchtenbereidingen. Verder kan je echt beter afstand doen van granen en graanhoudende producten (inclusief ontbijtgranen), meelproducten, bindmiddelen, brood, gebak, koeken, gist, muesli, fabrieksmatig behandelde tarwekiemen, onrijpe vruchten, verhitte vetten en oliehoudende producten, geroosterde noten en pitten, vis, vlees, gevogelte en andere dierlijke eiwitten en vetten.
Rangschikking van de voedingsgroepen
Hieronder volgen overzichten die zijn gerangschikt volgens de eiwit-, suiker-, zetmeel-, olie- en vetgehalten . Daarnaast ook overzichten van de zoete , zure en halfzure vruchten en een overzicht van de zure groenten en vruchtgroenten.
1) Eiwitten
Hieronder verstaan we voedingsmiddelen die als een eiwit reageren in het lichaam, ze brengen een zure reactie in de maag op gang.
- aardnoten
- gevogelte
- sojascheuten
- alfascheuten
- kaas
- taugé
- bonen
- kwark
- tarwekiemen
- cacao
- boter
- cantharellen
- noten
- vlees
- champignons
- (grote) peulvruchten
- consumptie-ijs
- vis
- yoghurt
- eieren
- spruiten
- zonnebloemzaden
- erwten
- gist
- sojabonen
2) Koolhydraten
Siropen en suikers
- ahornsiroop
- honing
- perenstroop
- appelsiroop
- keukenstroop
- rietsuiker
- bruine suiker
- melasse(rietsuikersiroop)
- sorbitol
- fructose
- melksuiker
- witte suiker
Zetmeel
- aardappelen
- gortbloem
- maïs
- aardappelmeel (gortmout)
- meel
- aardpeer(topinamboer)
- graangewassen
- pastinaak
- beschuit (tarwe , rogge , …)
- puddingpoeder
- bloem
- griesmeel
- rijst
- boekweit
- havermout
- roggemeel
- brood
- kastanjes
- schorseneren
- custardpoeder
- knäckebröd
- tapioca
- deegwaren
- kokosnoot
- toost
- eikels
- macaroni
- tarwemeel
- gierst
- maïzena
- vermicelli
3) Groenten met weinig zetmeel
- artisjok
- pompoen
- bieten (zoete)
- Knolraap
- broccoli (niet de bittere soort)
- sperziebonen
- knolselderij
- spruitjes
- koolraap
- uien (jong)
- koolrabi
- wortelen
- maïskolven
4) Groenten zonder zetmeel
- andijvie (niet de bittere soort)
- kardoen
- sla
- asperges
- kervel
- slabonen*
- bamboescheuten
- knolselderij (loof)
- snijbonen*
- bladselderij
- koolraap (loof)
- spekbonen*
- bleekselderij
- kolen (jong & zoet)
- spitskool
- bloemkool
- paardebloemblad
- bloemkoolblad (molsla)
- tuinbonen*
- boerenkool
- peulen* (labbonen)
- boterbonen*(wasbonen)
- sluimererwten
- tuinkers
- champignons (kleintjes)
- prinsessenbonen*
- veldsla
- Chinese kool
- raapstelen
- venkel
- flageoletten
- rammenas
- witloof (Brussels)
- rodekool
- wittekool
- groenekool
- savooikool
- wortelloof
- selderij
(*) Er dient onderscheid gemaakt te worden tussen de volwassen en de jonge peulvruchten waarvan de vruchten nog in een beginstadium verkeren. De jonge peulvruchten bevatten geen zetmeel en vrijwel geen eiwit.
5) Oliën en vetten
- avocado
- levertraan
- rundvet
- arachideolie
- maïsolie
- sesamolie
- boter
- margarine
- slagroom
- cacaoboter
- noten
- notenolie
- slaolie
- eigeel oliën (alle soorten)
- sojaolie
- frituurvet
- (bak- en braadvet
- olijven
- spek
- olijfolie
- tarwekiemolie
- katoenzaadolie
- reuzelvetten (alle soorten)
- kokosnoot
- room
- zonnebloempittenolie
6) Zure groenten , zure vruchtgroenten en irriterende groenten
- andijvie (bitter)
- kolen (bittere)
- radijs°
- aubergines
- komkommer
- sjalot°
- augurken
- look°
- Spaanse pepers
- bieslook°
- mosterdblaadjes°
- snijbiet*
- bieten (rode)*
- paprika
- spinazie*
- peterselie (blad)°
- tomaten
- bietwortel*
- uien°
- broccoli (bittere)
- postelein*
- waterkers°
- courgettes
- prei°
- zuring
- escarole (bitter)
- rabarber*
- zuurkool
(*) Deze groenten bevatten veel oxaalzuur. Daarom deze nimmer combineren met zetmeel of groenten die veel zetmeel bevatten.
Ook de andere hier genoemde groenten niet met zetmeel combineren. Bittere groenten bevatten namelijk grote hoeveelheden geconcentreerde zuren.
(°) Deze groenten bevatten mosterdolie, een irriterende stof, beperkt gebruiken dus.
7) Meloenen
- (Altijd als eerste en altijd afzonderlijk eten)
- cavallions (meloen uit de provence)
- meloen (alle soorten)
- gele meloen
- Spaanse meloen
- honingmeloen
- watermeloen
8) Zoete vruchten
- abrikozen (gedroogd)
- krenten
- ananas (gedroogd)
- mango (gedroogd)
- appelen (gedroogd)
- muskaatdruiven
- bananen
- papaya (gedroogd)
- bosaardbeien
- peren (gedroogd)
- dadelpruim
- pruimen (gedroogd)
- dadels (gedroogd)
- rozijnen
- druiven (zoete)
- thompsondruiven
- gedroogde vruchten (alle soorten)
- vijgen (gedroogd)
9) Half zure vruchten
- abrikozen
- cherimoya’s
- moerbezién
- bosbessen (blauwe)
- dadels (vers)
- morellen (rode)
- vaccinium myrtillus
- guave
- papaja
- kaki
- peren
- blauwe bessen
- vaccinium corymblosum
- kweekperen
- vijgen (vers)
- loganbessen
- zoete appelen
- lychees
- zoete kersen
- bramen
- mango
- zoete perziken
- cactusvijgen
- mispels
- zoete pruimen
10) Zure vruchten
- aalbessen (rode, witte, zwarte)
- kiwi’s
- sinaasappelen
- krieken
- ugli's
- aardbeien
- kruisbessen
- stekelbessen
- veenbessen°
- ananassen*
- citroenen
- limoenen
- vlierbessen
- citrusvruchten
- mandarijnen
- zwarte bessen*
- clementines
- nectarines
- zure appelen
- cranberry’s
- passievruchten
- zure druiven
- frambozen
- pomelo
- zure kersen
- granaatappel
- rode bessen
- zure perziken
- grapefruit (pompelmoes)
- rozenbottels*
- zure pruimen
(*) Rozenbottel(thee) reageert als een zuur en mag daarom nooit voor, na of gelijktijdig met zetmeel gebruikt worden. Ook vitamine C is een sterk zuur en mag eveneens niet bij een maaltijd met zetmeel gebruikt worden
(°) Veenbessen bevatten benzoëzuur, beperkt gebruiken.
Aanvullend leesvoer
Voedingsleer volgens de Natuurlijke Hygiëne
Gouden regels voor helende fruitcombinaties
Ontbijtprogramma volgens de Natuurlijke Hygiëne
De Principes van de Natuurlijke Hygiëne
Natuurlijke Hygiëne
Stop vermoeidheid
De kracht van Fruit
Levend voedsel
Voedingsleer fysiek en mentaal
Auteur: Stefaan de Wever, oprichter van Stichting De Groene Dag
Publicatie: Cursus Gezonde voeding
Vertaling: Rob Greuter
7 mei 2013
Actualisatie: 16 oktober 2015